University of Twente Student Theses

Login

Oog voor vertraging : vroege herkenning bij Reuscelarteriitis

Brake, W.W.M. ter and Arnoldus, M.A.C. (2020) Oog voor vertraging : vroege herkenning bij Reuscelarteriitis.

[img] PDF
1MB
Abstract:Dit onderzoek richt zich op reuscelarteriitis (RCA), een vaataandoening gekarakteriseerd door vaatontsteking(en). RCA wordt ook wel arteriitis temporalis genoemd. Uit eerder onderzoek blijkt dat de tijd tussen de eerste symptomen en de diagnose kan variëren van gemiddeld 7.7 tot 17.7 weken (1). Onduidelijk is waar deze vertraging vandaan komt. Hieruit kwam de volgende onderzoeksvraag naar voren: “Is er in Nederland ook sprake van vertraging, en wat is de reden van deze vertraging tussen het optreden van de eerste symptomen en de herkenning van RCA bij patiënten in de eerstelijnszorg?” Door middel van de tweede onderzoeksvraag: “Hoe verhoudt het diagnoseproces in de vasculitis zorg in Nederland, of vergelijkbare landen, zich tot andere landen en kan dit zorgen voor verbetering van de vroege herkenning van RCA in Nederland?” wordt er gekeken of er binnen het diagnoseproces van de vasculitiden bruikbare inzichten te behalen zijn voor vroege herkenning en tijdige doorverwijzing van RCA in Nederland. Methode Vanuit een cohort van 103 patiënten met een verdenking op RCA, zijn 35 patiënten geselecteerd die allen ook gediagnosticeerd zijn met RCA bij de afdeling reumatologie van de ZGT Almelo. Dit is een retrospectief cohort opgesteld tussen 2016 en 2018. 32 van deze patiënten voldeden aan de inclusiecriteria en zijn schriftelijk gecontacteerd voor deelname aan het onderzoek. De vragenlijst, die deze patiënten hebben ontvangen, is gericht op de tijd die bij patiënten optrad van symptoomoptreding tot diagnose en welke klachten deze patiënten hebben ervaren. Deze tijd is opgedeeld in drie periodes: Patiënt-vertraging, Huisarts-vertraging en Specialist-vertraging. Er zijn drie telefonische interviews met patiënten afgenomen om nogmaals met deze patiënten het zorgproces door te lopen om ontbrekende informatie te vergaren zodat het verkregen beeld zo compleet en correct mogelijk is. Bij het beantwoorden van de tweede onderzoeksvraag, is er gekeken in de literatuur naar het diagnoseproces bij vergelijkbare landen en vergelijkbare vasculitiden. Er werd verwacht dat er bij het diagnoseproces van de vergelijkbare vasculitiden in landen waarbij de desbetreffende aandoening de hoogste prevalentie en incidentie heeft, inzichten naar voren komen die bruikbaar zijn bij de herkenning in de vasculitis zorg en RCA zorg in Nederland. Resultaten Van de 32 verstuurde vragenlijsten zijn 13 ingevulde vragenlijsten terug gekomen, één patiënt stond vermeld onder twee proefpersoonsnummers en twee patiënten wilden niet deelnemen. 11 vragenlijsten zijn meegenomen in de resultatenanalyse. De mediaan van de totale vertraging is 16.5 weken met een IQR van 15.5 weken. De hoogste vertraging trad op bij de Patiënt-vertraging, met een mediaan en IQR van: 5.5 en 10.3 weken. Gemiddeld bezocht een patiënt twee of drie afdelingen in de ZGT voordat er een diagnose gesteld werd. Er werd door één patiënt aangegeven dat herhaling van informatie over co-morbiditeit bij RCA ontbrak tijdens controle consulten. De door patiënten aangegeven klachten waren typische RCA-klachten. Bij het beantwoorden van de tweede onderzoeksvraag bleek in de literatuur, dat er een aantal Europese landen fast tracks gebruiken voor diagnosticering van RCA. Bij diagnosticering van andere vasculitiden wordt er gebruik gemaakt van stroomschema’s voor het onderscheiden van vergelijkbare aandoeningen. Deze stroomschema’s worden bij RCA niet toegepast. Conclusies Er is een totale vertraging geconstateerd van 16.5 weken. De hoogste vertraging treedt op in de periode van Patiëntvertraging, namelijk 5.5 weken. Er wordt gedacht dat dit komt door onderschatting van klachten door patiënten en huisartsen. Snel handelen door middel van fast tracks leidt tot snelle diagnose en dus snelle behandeling, waardoor blijvende klachten verminderd worden. Stroomschema’s maken onderscheid tussen aandoeningen, maar geven ook associaties met andere vergelijkbare aandoeningen weer. Dit maakt mogelijke, nog niet bewezen, associaties tussen vergelijkbare aandoeningen overzichtelijk en zou artsen op dit gebied kunnen ondersteunen bij herkenning tijdens consulten met patiënten. Daarnaast zou de waarschijnlijkheidsscore opgesteld door Laskou et al. een goede toevoeging kunnen zijn in de herkenning van RCA.
Item Type:Essay (Bachelor)
Faculty:TNW: Science and Technology
Subject:44 medicine
Programme:Health Sciences BSc (56553)
Link to this item:https://purl.utwente.nl/essays/82584
Export this item as:BibTeX
EndNote
HTML Citation
Reference Manager

 

Repository Staff Only: item control page