University of Twente Student Theses

Login

Een studie naar de klinische implementatie van iteratieve model-based reconstructive : een vergelijking tussen iteratieve model-based reconstructie en iDose toegepast op de longafwijkingen emfyseem en noduli

Hubers, D. and Lakerveld, I.D. and Poelgeest, J.M. van and Wildt, J.C.A. te (2018) Een studie naar de klinische implementatie van iteratieve model-based reconstructive : een vergelijking tussen iteratieve model-based reconstructie en iDose toegepast op de longafwijkingen emfyseem en noduli.

[img] PDF
3MB
Abstract:INTRODUCTIE In 2015 zijn in de Nederlandse ziekenhuizen ruim 1,5 miljoen computertomografie-scans (CT-scan) gemaakt, hiervan waren 462.400 scans een CT-thorax. De CT-beelden die gereconstrueerd zijn met de huidige methode (iDose4) bevatten een aanzienlijke hoeveelheid ruis, wat het voor radiologen lastig maakt om kleine afwijkingen in de long op te merken. Iteratieve model-based reconstructie (IMR) onderdrukt deze ruis. Bij radiologen bestaat echter de angst dat met deze reconstructiemethode klinisch relevante details verloren gaan. In dit onderzoek wordt gekeken naar de klinische toepasbaarheid van IMR bij het beoordelen van noduli en emfyseem, waarbij een vergelijking wordt gemaakt met iDose4. METHODE Het onderzoek is opgedeeld in twee delen. In deel 1 bestaat uit een fantoomstudie naar het verschil in de gemeten grootte van een object en de zichtbaarheid van een object tussen de reconstructies. Daarnaast wordt het verschil in gemeten grootte onderzocht door middel van het opmeten van noduli uit patiëntenbeelden. In deel 2 wordt door middel van een enquête de persoonlijke voorkeur van radiologen voor ruis onderzocht. Verder wordt gekeken naar de optimale IMR-instelling voor het beoordelen van beelden met noduli en emfyseem. RESULTATEN IMR heeft een betere zichtbaarheid van objecten met een minimaal afwijkende dichtheid vergeleken met iDose4. Bij het meten van zowel cirkels in het fantoombeeld als noduli in patiëntenbeelden scoren alle instellingen gelijkwaardig. Gemiddeld gezien hebben radiologen geen duidelijke voorkeur voor beelden met ruis. De scores tussen de radiologen verschillen onderling. Voor beide longafwijkingen geeft iDose4 de beste score in subjectieve beeldbevindingen. IMR L1 Routine scoort als enige instelling niet significant beter of slechter dan iDose4. DISCUSSIE Dit onderzoek geeft een waardevolle aanvulling op de al bestaande literatuur omdat het de mogelijkheid van de implementatie van de techniek naar de kliniek onderzoekt. Opvallend is de mate waarin persoonlijke voorkeur rol speelt. Dit zou een obstakel kunnen vormen bij eventuele implementatie. Om betrouwbaardere resultaten te verkrijgen zullen de experimenten herhaald moeten worden met een grotere onderzoeksgroep. CONCLUSIE Het is niet eenvoudig om te concluderen dat het overgaan op IMR een verbetering dan wel verslechtering is in vergelijking met iDose4. Wel is te concluderen dat IMR L1 Routine niet significant slechter is bevonden dan iDose4, gekeken naar de vragenlijst. Verder heeft deze instelling een significant betere zichtbaarheid van kleine objecten met een minimaal afwijkende dichtheid. Overgaan op IMR met deze instelling zal geen achteruitgang op beeldkwaliteit geven. Een reden om in de praktijk over te gaan op IMR is de potentie tot stralingsdosisverlaging. Om te kunnen zeggen of dit daadwerkelijk mogelijk is en of de beelden in dat geval van dezelfde kwaliteit zijn, zal er nog verder onderzoek gedaan moeten worden.
Item Type:Essay (Bachelor)
Faculty:TNW: Science and Technology
Subject:44 medicine
Programme:Technical Medicine BSc (50033)
Link to this item:https://purl.utwente.nl/essays/75132
Export this item as:BibTeX
EndNote
HTML Citation
Reference Manager

 

Repository Staff Only: item control page