University of Twente Student Theses

Login

Het opium vraagstuk. Een onderzoek naar de relatie tussen de gewascyclus van de papaver en de geweldsintensiteit in Uruzgan Afghanistan tijdens de Nederlandse ISAF missie

Koopman, D.S.A.M. (2014) Het opium vraagstuk. Een onderzoek naar de relatie tussen de gewascyclus van de papaver en de geweldsintensiteit in Uruzgan Afghanistan tijdens de Nederlandse ISAF missie.

[img] PDF
6MB
Abstract:De papaverteelt genereert per jaar ongeveer 4 miljard dollar in Afghanistan, tijdens de Nederlandse ISAF missie is het vermoeden ontstaan dat de papaverteelt een invloed heeft op de geweldsintensiteit. In dit onderzoek wordt het verband tussen de papaverteelt en de geweldsintensiteit onderzocht. Papaver is een plantensoort waar opium uit wordt gehaald, opium is de bron voor vele narcotica waaronder morfine, heroïne en codeïne. De duur van de gewascyclus bedraagt zes tot zeven maanden en bestaat uit zeven verschillende stadia. De gewascyclus van papaver loopt grotendeels gelijk met die van tarwe, een belangrijk verschil is dat na de oogst de tarwe op het land blijft liggen en dat de grond van de papavervelden direct na de oogst wordt omgeploegd. Uit eerder onderzoek (UNODC, 2011) is gebleken dat in de provincie Uruzgan 7337 hectare papaver wordt verbouwd. In het onderzoeksgebied betekent dit een oppervlakte van 3669 hectare. Om een beter inzicht te krijgen op de factoren die invloed hebben op de geweldsintensiteit zijn interviews gehouden met drie specialisten die in Afghanistan zijn geweest. Uit deze interviews kwam naar voren dat er drie belangrijke factoren zijn die invloed hebben op de geweldsintensiteit. Dit zijn (1) de papaverteelt, (2) de stammendynamiek en (3) de eigen activiteiten van de ISAF troepen. In dit onderzoek is gekeken naar de combinatie van de papaverteelt en de stammendynamiek. Het vermoeden bestaat er een lineair verband is tussen het oppervlakte papaver en de geweldsincidenten in de stamgebieden. Dit houdt in dat wanneer een stamgebied een grote concentratie papaver heeft er ook meer geweldsincidenten verwacht worden. Om de papaver te identificeren wordt gebruik gemaakt van remote sensing technieken, in dit geval de unsupervised classificatie methode. Hiervoor is het noodzakelijk dat er materiaal is om papavervelden te kunnen verifiëren, in dit onderzoek zijn dat foto’s van papavervelden met de bijbehorende locatie’s en tijdsaanduiding. Voor de identificatie is gebruik gemaakt van Landsat-TM beelden. Voordat de papaver kan worden geidentificeerd zijn er een aantal bewerkingen uitgevoerd om op deze beelden om een betere classificatie uit te voeren. Uiteindelijk is er 1731 hectare papaver geidentificeerd, dit is de helft van het verwachte oppervlakte van 3669 hectare. Reden daarvoor kan zijn dat de papavervelden die onder de amandelbomen liggen niet zijn geclassificeerd en dat door de resolutie de kleine papavervelden niet gevonden. Uit de incidentendatabase (iBase) zijn de geweldsincidenten verzameld en geografisch gepresenteerd. Daarna is per stamgebied het aantal geweldsincidenten en het oppervlakte papaver bepaald om zo een lineaire regressie analyse uit te kunnen voeren. Uit deze analyse kan geconcludeerd worden dat er geen verband is tussen de geweldsintensiteit en het oppervlakte papaver dat wordt verbouwd. Dit kan mogelijk betekenen dat het geweld niet lokaal wordt uitgeoefend maar dat het stam overschrijdend is. Of dat het geld dat met de papaver wordt verdient niet lokaal wordt ingezet voor de uitoefening van geweld tegen ISAF troepen.
Item Type:Essay (Bachelor)
Faculty:ET: Engineering Technology
Subject:56 civil engineering
Programme:Civil Engineering BSc (56952)
Link to this item:https://purl.utwente.nl/essays/64763
Export this item as:BibTeX
EndNote
HTML Citation
Reference Manager

 

Repository Staff Only: item control page