University of Twente Student Theses

Login

Doelmatigheidsoverwegingen in oncologische richtlijnen

Ligt, Kelly de and Luyke, Kirsten and Steentjes, Laura (2013) Doelmatigheidsoverwegingen in oncologische richtlijnen.

[img] PDF
1MB
Abstract:Introductie: Borstkanker, oftewel mammacarcinoom, is de meest voorkomende kankersoort bij Nederlandse vrouwen. Deze vorm van kanker kan zowel door genetische factoren als leefstijlfactoren veroorzaakt worden. Voor een diagnose komt een vrouw met klachten eerst bij de huisarts terecht, die haar na klinisch onderzoek door kan sturen naar een radioloog of een mammateam of –poli. Hier volgt beeldvormend onderzoek, meestal bestaande uit een mammografie en echografie. Borstkanker komt voor in verschillende stadia van gevorderdheid, die elk om zijn eigen aanpak vraagt. Er bestaan verschillende behandelingen om tumoren in de borst te verwijderen. Vaak worden deze therapieën gecombineerd om een zo groot mogelijk effect te bereiken. Voorbeelden van therapie zijn chemotherapie, radiotherapie, chirurgie, hormonale therapie en immunotherapie. Deze behandelingen hebben allemaal een verschillende werking en zijn niet in elke situatie toepasbaar. Daarom zijn richtlijnen opgesteld. Een richtlijn is een document waarin de behandelingen die de voorkeur krijgen worden beschreven. Ze zijn vakinhoudelijk, vaak multidisciplinair opgesteld en bij voorkeur evidence-based. Richtlijnen worden gebruikt om zo goed mogelijke zorg te leveren. Vaak worden ze ontwikkeld door instituten samen met experts in het veld. Het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL) is een kennis- en kwaliteitsinstituut en heeft de richtlijnen mammacarcinoom opgesteld die in dit onderzoek gebruikt zijn. Voor het ontwikkelen van richtlijnen maakt het IKNL gebruik van een draaiboek, waarin verschillende stappen doorlopen worden om tot een kwalitatief goede richtlijn te komen. Behandelingen die als ‘best’ gekwalificeerd worden en de voorkeur krijgen, kunnen tegelijkertijd erg duur zijn. Toch is het vaak onduidelijk in welke mate deze kosten een rol spelen bij het opstellen van een richtlijn. Kosteneffectiviteit is echter een belangrijk onderwerp binnen de zorg: zorg zal doelmatig moeten zijn, wil de zorg voor alle Nederlanders betaalbaar en toegankelijk blijven. Richtlijnen zouden hieraan kunnen bijdragen, door niet alleen de meest effectieve, maar ook de meest betaalbare behandelingen op te nemen in de richtlijnen. Als kosten en effecten worden gecombineerd, dan kan achterhaald worden welke behandeling het meeste effect oplevert voor een euro. Doel: Het doel van dit onderzoek is om te achterhalen in hoeverre kosten of kosteneffectiviteitsoverwegingen worden meegenomen bij het opstellen van (nieuwe) richtlijnen. Daarnaast wordt gekeken in welke mate wijzigingen in de richtlijn invloed hebben op de kosten(-effectiviteit) van de aanbevolen zorg bij vrouwen met mammacarcinoom. Methode: Voor het verkrijgen van de informatie die nodig is om het vraagstuk te beantwoorden, is een literatuursearch uitgevoerd. Tevens zijn interviews afgenomen met procesbegeleiders van het IKNL en met respondenten die kennis over kosteneffectiviteit (in richtlijnen) bezitten. Daarnaast zijn de richtlijnen mammacarcinoom 2008 en 2012 met elkaar vergeleken. Hieruit kwamen een aantal verschillen naar voren waaraan kosten en evidence-niveaus werden gekoppeld. Aan de hand hiervan is bepaald of de wijzigingen in de richtlijn gerechtvaardigd zijn. Resultaten: Uit de interviews kwamen een aantal opties voor het meenemen van kostenoverwegingen naar voren en werden benodigdheden voor het meenemen van deze overwegingen genoemd. Daarnaast werden verschillende expertises naar voren gebracht die toegevoegd zouden kunnen worden aan de richtlijnwerkgroep. Uit de vergelijking van de richtlijn mammacarcinoom 2008 en 2012 komt naar voren dat vooral de aanbeveling over FDG-PET-CT en mammareconstructie zorgen voor een stijging in kosten, waarbij het evidence-niveau het niet meteen kan rechtvaardigen. Conclusie: Het gebruik van kosteneffectiviteitsgegevens in richtlijnen is op dit moment minimaal. Op het moment dat kosteneffectiviteitsgegevens in richtlijnen worden opgenomen, is het van belang dat er andere expertises in de richtlijnwerkgroep worden opgenomen. Ook zijn een aantal organisatorische zaken die zal moeten veranderen. Naar aanleiding van de vergelijking van de twee richtlijnen, komt naar voren dat een aantal veranderingen in aanbevelingen, zoals FDG-PET-CT, extra kosten met zich meebrengt. Op dit moment zijn weinig harde conclusies te trekken betreffende doelmatigheidsoverwegingen in richtlijnen. Dit komt door het feit dat het een onderwerp is dat verweven is in de manier waarop de zorg in Nederland is georganiseerd. Dit geeft aanleiding tot veel discussie. Bijvoorbeeld over het stellen van een drempelwaarde, toevoegen van andere partijen aan de richtlijnwerkgroep en manieren om doelmatigheid mee te nemen in richtlijnen.
Item Type:Essay (Bachelor)
Faculty:BMS: Behavioural, Management and Social Sciences
Subject:85 business administration, organizational science
Programme:Health Sciences BSc (56553)
Link to this item:https://purl.utwente.nl/essays/63484
Export this item as:BibTeX
EndNote
HTML Citation
Reference Manager

 

Repository Staff Only: item control page